tunnelsyndroom

Ganglion of carpaal tunnelsyndroom? Ontdek wat er speelt in jouw pols

Heb jij last van een zwelling of pijn aan je pols? Dan vraag je je misschien af of het om een ganglion gaat, of toch om het carpaal tunnelsyndroom. Beide aandoeningen komen vaak voor en zorgen voor vergelijkbare klachten. Toch zijn er duidelijke verschillen. In deze blog helpen we je op weg met heldere uitleg én praktische oplossingen.

Wat is een ganglion en hoe herken je het?

Een ganglion is een goedaardige zwelling. Het zit meestal aan de pols en voelt aan als een zacht of stevig bultje onder de huid. De zwelling ontstaat vanuit een gewrichtskapsel of peesschede en is gevuld met geleiachtig vocht. Vaak ontstaat een ganglion door overbelasting, artrose of eerdere irritatie van het gewricht.

Je herkent een ganglion aan:

  • Een zichtbare of voelbare zwelling bij de pols
  • Pijn of drukklachten bij bepaalde bewegingen
  • Soms tintelingen als er een zenuw wordt geraakt

Soms verdwijnt het vanzelf. Maar blijft de zwelling aanwezig of zorgt het voor hinder? Dan is behandeling mogelijk.

Wat is het carpaal tunnelsyndroom?

Bij het carpaal tunnelsyndroom (CTS) raakt de middelste handzenuw (nervus medianus) bekneld in de carpale tunnel van je pols. Deze tunnel bevat ook pezen en bij zwelling of vernauwing raakt de zenuw in de knel.

Typische klachten bij CTS zijn:

  • Tintelingen in je duim, wijs-, middel- en ringvinger
  • Nachtelijke pijn of een ‘slapend’ gevoel in je hand
  • Krachtverlies of moeite met het vasthouden van voorwerpen
  • Uitstraling van pijn richting je onderarm of schouder

De pink blijft vaak ongemoeid, wat een belangrijk verschil is met andere polsklachten.

Twijfel jij tussen een ganglion of CTS?

Een ganglion is meestal zichtbaar of voelbaar. CTS daarentegen geeft juist zenuwklachten zonder duidelijke zwelling. Toch kunnen beide tegelijk voorkomen. Een ganglion kan druk uitoefenen op omliggende structuren en zo ook CTS-klachten veroorzaken.

Weet je het niet zeker? Laat je klachten dan beoordelen door een arts. Die kan een diagnose stellen via lichamelijk onderzoek, een echo of een zenuwgeleidingsonderzoek (EMG).

Wat zijn de behandelmogelijkheden?

Bij een ganglion zijn er meerdere opties:

  • Afwachten: soms verdwijnt het vanzelf.
  • Leegzuigen: met een naald wordt het vocht verwijderd. Soms wordt er ook een ontstekingsremmer ingespoten.
  • Operatie: het ganglion wordt volledig weggehaald. Dit gebeurt meestal poliklinisch en onder plaatselijke verdoving.

Bij het carpaal tunnelsyndroom zijn er andere behandeltrajecten:

  • Rust en een polsspalk om de druk op de zenuw te verlichten
  • Injectie met een ontstekingsremmer voor tijdelijke verlichting
  • Operatie waarbij de druk in de carpale tunnel wordt weggenomen

Beide operaties zijn relatief klein, maar vragen wel om een korte hersteltijd. Vaak kun je na enkele weken je dagelijkse bezigheden weer oppakken.

Wanneer neem je actie?

Heb jij last van een zwelling, tintelingen of krachtverlies? Wacht dan niet te lang. Hoe eerder je weet wat er aan de hand is, hoe sneller je gericht kunt handelen. Zeker als je werk of hobby veel van je pols vraagt, is het slim om klachten serieus te nemen. Neem dus gerust contact op met je huisarts. Deze kan je indien nodig doorverwijzen naar een specialist.